Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Zij dan en hun zonen waren aan de poorten [30]van het huis des HEEREN, in het huis der tent, [31]aan de wachten. 30. Sommigen onderscheiden hier het huis des Heeren van het huis der tent; alzo, dat bij het huis des Heeren te verstaan is de tent, die David bij zijn huis gespannen had, waar de ark des verbonds stond; en bij het huis der tent te verstaan is de tabernakel te Gibeon, 2 Kron.1:3,5, en 1 Kon.3:2, enz. 31. Te weten, een iegelijk op zijn beurt, alle zeven dagen elkander aflossende. Zie vs.25.